Present Continuous
Wat is de present continuous
De present continuous tijd, ook bekend als de duurvorm tegenwoordige tijd, wordt gebruikt om acties te beschrijven die op dit moment aan de gang zijn of tijdelijk plaatsvinden. Het is een essentiële tijdsvorm in de Engelse grammatica die helpt om duidelijk te maken dat een actie nog steeds bezig is.
De structuur van de present continuous bestaat uit het gebruik van de tegenwoordige tijd van het hulpwerkwoord to be (am, is, are) gevolgd door het hoofdwerkwoord met de toevoeging van -ing.
- I am reading - Ik ben aan het lezen
- He is running - Hij is aan het rennen
- They are playing - Zij zijn aan het spelen
Gebruik de present continuous in de volgende situaties:
- Om aan te geven dat een actie op dit moment gebeurt: She is studying - Zij is aan het studeren.
- Voor tijdelijke situaties: We are staying at a hotel - Wij verblijven in een hotel.
- Om toekomstige plannen te beschrijven: I am meeting my friend tomorrow - Ik ga morgen met mijn vriend afspreken.
Let op dat sommige werkwoorden meestal niet in de present continuous worden gebruikt, zoals werkwoorden die een toestand aangeven in plaats van een actie, bijvoorbeeld:
Werkwoord | Voorbeeld |
---|---|
like | I like this song - Ik vind dit lied leuk |
know | He knows the answer - Hij weet het antwoord |
Hoe wordt de present continuous gevormd
De present continuous wordt gevormd door de juiste vorm van het hulpwerkwoord 'to be' te combineren met het gerundium van het hoofdwerkwoord, dat wil zeggen de -ing vorm. Het wordt gebruikt om handelingen aan te geven die op dit moment gaande zijn of om toekomstige plannen aan te geven.
- I am working (Ik ben aan het werken)
- She is studying (Zij is aan het studeren)
- They are playing (Zij zijn aan het spelen)
Hier is de structuur:
Subject | Form of 'to be' | Main verb + -ing |
---|---|---|
I | am | working |
You/We/They | are | playing |
He/She/It | is | studying |
Sommige werkwoorden worden bijna nooit in de present continuous gebruikt, omdat ze geen voortgaande handeling kunnen beschrijven. Deze worden statische werkwoorden genoemd, zoals to know (weten), to believe (geloven), en to belong (behoren tot).
Bijvoorbeeld, in plaats van I am knowing, zeggen we:
- I know (Ik weet)
Let op dat sommige werkwoorden een andere betekenis kunnen krijgen wanneer ze in de present continuous worden gebruikt. Bijvoorbeeld:
- I think (Ik denk) vs. I am thinking (Ik ben aan het nadenken)
Waar gebruiken we de present continuous
De present continuous is een veelgebruikte tijd in het Engels en wordt vooral gebruikt in de volgende situaties:
-
Acties die nu aan de gang zijn: Deze tijd wordt gebruikt om acties te beschrijven die op dit moment plaatsvinden.
Engels Dutch She is reading a book. Ze is een boek aan het lezen. They are playing football. Ze zijn aan het voetballen. -
Tijdelijke gebeurtenissen: Wanneer er gesproken wordt over situaties die tijdelijk zijn en niet lang zullen duren.
Engels Dutch I am staying with my friend for a week. Ik logeer een week bij mijn vriend. He is working in London this month. Hij werkt deze maand in Londen. -
Veranderende situaties: Gebruik de present continuous om veranderingen of ontwikkelingen uit te drukken.
Engels Dutch My English is improving. Mijn Engels wordt beter. The weather is getting colder. Het weer wordt kouder. -
Toekomstige afspraken: Deze vorm wordt ook gebruikt om geplande activiteiten in de nabije toekomst aan te geven.
Engels Dutch We are meeting John tomorrow. We ontmoeten John morgen. She is leaving on Friday. Ze vertrekt vrijdag.
Waarom is de present continuous belangrijk
De present continuous is een belangrijke grammaticale tijd in het Engels, vooral wanneer we praten over acties die momenteel plaatsvinden of in ontwikkeling zijn. Het juist gebruiken van deze tijd kan de duidelijkheid van uw communicatie aanzienlijk verbeteren.
In gesprekken is het essentieel om de present continuous correct te gebruiken om acties die nu plaatsvinden te beschrijven. Bijvoorbeeld:
- She is watching TV. - Ze is televisie aan het kijken.
- They are studying for the exam. - Ze zijn aan het studeren voor het examen.
Naast het beschrijven van huidige acties, helpt de present continuous ook bij het uitdrukken van toekomstige plannen of regelingen. Bijvoorbeeld:
- I am meeting my friend tomorrow. - Ik ontmoet mijn vriend morgen.
- We are leaving for Paris next week. - We vertrekken volgende week naar Parijs.
Door de verkeerde tijd te gebruiken, kan de boodschap verwarrend zijn voor de luisteraar. Consistent en correct gebruik van de present continuous helpt om misverstanden te voorkomen en maakt uw communicatie efficiënter en doeltreffender.
Welke valkuilen zijn er bij de present continuous
Het gebruik van de present continuous kan soms uitdagend zijn voor leerlingen die Engels leren. Hier zijn een paar veelvoorkomende valkuilen en misconcepties die vaak voorkomen:
-
Verwarring tussen de present simple en present continuous:
De present continuous wordt soms verward met de present simple. Gebruik de present continuous voor acties die nu plaatsvinden. Een veelgemaakte fout is het gebruik van de verkeerde tijd.
- Correct: "She is eating lunch now." - "Zij is nu aan het eten."
- Foutief: "She eats lunch now." - "Zij eet nu."
-
Vervoeging van het werkwoord "to be":
Een veelvoorkomende fout is het vergeten van de juiste vervoeging van "to be" bij het gebruik van de present continuous.
- Correct: "They are playing outside." - "Zij zijn buiten aan het spelen."
- Foutief: "They playing outside." - "Zij buiten spelen."
-
Niet gebruiken bij statische werkwoorden:
Gebruik de present continuous niet in combinatie met statische werkwoorden zoals "like," "know," of "want." Dit leidt tot opvallende fouten.
- Foutief: "I am knowing the answer." - "Ik ben het antwoord aan het weten."
- Correct: "I know the answer." - "Ik weet het antwoord."
-
Tijdsgebonden signaalwoorden:
Denk aan signaalwoorden zoals "now," "at the moment," of "currently," die vaak wijzen op de noodzaak van de present continuous.
- Correct: "He is working on his project at the moment." - "Hij is op dit moment aan het werken aan zijn project."
- Foutief: "He works on his project at the moment." - "Hij werkt op dit moment aan zijn project."